Nu noemen we hier de belangrijkste kernpunten van de waarheid waar we aan vasthouden en hiermee staan we in de lijn van de Reformatie in de 16e eeuw.
Als een Gereformeerde Gemeente houden we eraan vast dat de leer bekend als 'Calvinisme' de beste weergave is van de leer van de Bijbel.
De 5 hoofdelementen hiervan zijn de volgende:
De mens is als gevolg van zijn val in het paradijs volledig gebonden aan satan en volledig onbekwaam om door eigen vrije wil te vertrouwen op Christus tot verlossing. Verlossing is daarom afhankelijk van het werk van God, Die een mens geestelijk leven moet geven voordat hij berouw kan hebben en zaligmakend in Christus kan geloven. (Gen. 2:16,17; Gen. 6:5; 8:21; 2 Kron. 6:36; Job 14:4; Job 15:14-16; Ps. 51:5; Ps. 58:3; Ps. 143:2; Pred.. 9:3; Jes. 53:6; Jes. 64:6; Jer. 13:23; Jer. 17:9; Mark. 7:21-23; Joh. 3:19; Joh. 6:44; Joh.6:65; Joh. 8:44; Rom. 8:7-8; 1 Cor. 2:14; Ef. 2:1-3; Ef. 4:17-19)
God heeft in Zijn soevereine recht als Schepper al van eeuwigheid gewild om Zijn uitverkoren volk te redden en te bestemmen voor het eeuwige zalige leven met Hem in de hemel. Deze verkiezing door Hem van een groot aantal mensen uit het mensdom is volledig naar Zijn vrije wil geweest , en daarom niet voorwaardelijk op basis van enige verdienste of enige vooraf geziene daden of reactie van hun kant, maar absoluut soeverein en uit genade. (Deut. 10:14,15; Ps. 33:12; Ps. 65:4; Ps. 106:5; Matt. 11:27; Matt. 22:14; Matt. 24:22, 24, 31; Mark. 13:20; Luk. 18:7; Rom. 8:28-30; Rom. 8:33; Rom. 11:28; Ef. 1:4; Col. 3:12; 1 Thess. 5:9; Titus 1:1; 1 Petr.. 1:1-2; 1 Petr. 2:8-9; Op. 17:14)
Christus stierf aan het kruis om de verlossing te bewerken van het uitverkoren deel van de mensheid, dus particulier, een oud woord voor 'op de persoon gericht'. Voor hen stierf Hij en alleen voor hen verwierf Hij vergeving van zonde en eeuwig leven. De redding die Christus verdiend heeft, omvat alles wat nodig is om Zijn kinderen in een herstelde relatie met God te brengen en ook de gesteldheid van hun hart te vernieuwen. (Matt. 1:21; Matt. 20:28; 26:28; Joh. 10:14, 15, 27, 29, 46; Joh. 17:2, 6, 9, 11; 1 Petr. 2:9)
Redding. Hij maakt zulke zondaren gewillig in de dag van Zijn heerkracht, en zij allen zullen Hem beantwoorden met berouw en geloof. (Deut. 30:6; Ps. 110:3; Ezech. 36:26-27; Dan. 4:35; Joh. 1:12-13; Joh. 3:3-8; Joh 5:21; Joh 6:37 & 44; Hand. 16:14; Ef. 2:4-52; Tim.1:9; Titus 3:5)
De uitverkoren zondaren worden niet alleen door Gods soevereine genade gered maar zullen ook volharden in het geloof door Gods almachtige kracht. Daarom zal elke wedergeboren ziel tot het einde toe volharden en zeker zalig worden. Maar de Bijbel leert niet dat alle ware gelovigen deze zekerheid van hun zaligheid voor zichzelf persoonlijk kennen.(Jes. 54:10; Jer. 32:40; Matt. 18:12-14; Joh. 6:39; Joh.10:28; Joh 17:2, 11, 12, 15; Fil. 1:6; Fil. 3:20-21; 2 Thess. 5:23-24; 2 Tim. 1:12; 2 Tim. 4:18; 1 Petr. 1:4-5; Jud. 1, 24-25)
Internationaal worden dit wel de Five Points of Calvinism (afkorting "TULIP") genoemd, zie ook de afbeelding.